S M

Hét informatiepunt voor professionals
op het gebied van wonen, welzijn en zorg

Nieuwe regelgeving treft verzorgingshuizen hard

Het scheiden van wonen en zorg gaat gepaard met hoge kosten. Verhuur van leegkomende woonruimte in een verzorgingshuis aan ouderen met een indicatie voor zorg thuis, is niet altijd een haalbare oplossing. Dat blijkt uit onderzoek van Jacqueline van Ginneken van Bureau Ouderenzorg. De extra voorzieningen die een verzorgingshuis biedt, maken de verhuur aan particulieren duur. Vooral kleine verzorgingshuizen staan voor lastige keuzes.

Broekheunerstede - foto: Livio

De nieuwe regelgeving van de overheid zet sterk in op de verhuur van leegkomende appartementen aan ouderen met alleen een thuiszorgindicatie. Zo zouden de verzorgingshuizen hun toekomst veilig kunnen stellen. Dit is een te grote simplificatie van de werkelijke problematiek voor verzorgingshuizen, stelt Van Ginneken. Vooral de bekostiging van de voorzieningen en aanvullende diensten is een onderschat probleem.

Grote knelpunten

De voorzieningen voldoen nu aan de zorgbehoefte van de bewoners, en aan de eisen van de brandweer, de Inspectie voor de Gezondheidszorg en de zorgkantoren. Die eisen blijven bestaan, ook als een deel van de woonruimte niet meer via de AWBZ bekostigd wordt. De diensten die geboden worden aan intramurale bewoners - zoals maaltijden, was service en receptie - zijn vaak te duur om ‘door te belasten’ aan de nieuwe bewoners, die dit uit eigen portemonnee moeten betalen. Juist in die gecombineerde situaties én voor kleine verzorgingshuizen zijn de knelpunten groot. De Volkskrant van 5 augustus jl. vertelt het verhaal van Zonnehuisgroep Noord, dat ‘knokt voor zijn voortbestaan.’

Onwenselijke keuzes

Volgens Jacqueline van Ginneken staan verzorgingshuizen hierdoor voor moeilijke keuzes: óf een hogere bijdrage vragen aan de toekomstige bewoners óf een verlies accepteren op de exploitatie van de voorzieningen en aanvullende diensten. Bij de eerste optie zal ‘het verzorgingshuis van de toekomst’ niet langer voor iedere inkomensgroep toegankelijk blijven. Bij de laatste optie zal het verzorgingshuis in het slechtste geval moeten sluiten. Het gaat hierbij vooral om de kleinere stand-alone verzorgingshuizen, die niet kunnen 'meeliften' op de voorzieningen van bijvoorbeeld een naastgelegen verpleeghuis.

Gedeelde verantwoordelijkheid

Het bieden van goede woon-zorg oplossingen is volgens Van Ginneken niet een zaak van de zorgorganisaties alleen; het is een maatschappelijke verantwoordelijkheid. Voor zowel het opzetten van nieuwe woonzorgconcepten als het verhuren van bestaande woningen aan mensen zonder indicatie voor zorg met verblijf, is goede afstemming en samenwerking tussen overheid, gemeenten, zorgorganisaties en woningcorporaties essentieel. Alleen met goede samenwerking blijft er voldoende adequaat woonaanbod voor ouderen met een kleine zorgvraag bestaan, aldus Van Ginneken.

Zoeken naar oplossingen

Veel verzorgingshuizen lopen tegen deze knelpunten aan en zoeken naar een goede oplossing voor hun situatie. Het Kenniscentrum werkt daarom mee aan het kennis- en experimentenprogramma 'Langer Thuis', dat samen met Platform31 en Movisie wordt uitgevoerd. In het experiment ‘All-inclusive pension’ - onderdeel van 'Langer Thuis' - worden twaalf koplopers gevolgd die een nieuw en financieel haalbaar woon-zorgarrangement ontwikkelen.De tussentijdse resultaten van dit experiment worden op woensdag 24 september gedeeld tijdens een studieochtend voor geïnteresseerde zorg- en woonorganisaties. Jacqueline van Ginneken zal tijdens deze bijeenkomst de resultaten uit het onderzoek toelichten.

05-08-2014 15:21
D E F